‘Het bestaansrecht van het Huis van Morgen wordt alleen maar groter’

Het bestuur en een enthousiast team van vrijwilligers vormen de drijvende kracht achter het Huis van Morgen. In iedere nieuwsbrief zetten we één van deze steunpilaren in de spotlights. Dit keer is het de beurt aan Annette Smeenk-Thissen, secretaris van de Stichting Huis van Morgen. “We hebben een heel leuk team; iedereen is gemotiveerd en wil vooruit.”

Wie is Annette Smeenk-Thissen? Kun je iets over jezelf vertellen?

 “Ik ben onlangs 60 geworden. Hoewel mijn ouders oorspronkelijk uit Venlo komen, stond mijn wieg in Weert. Dit had te maken met het werk van mijn vader. Ik heb een superleuke jeugd gehad in Weert. Na de middelbare school volgde ik secretaresseopleiding Schoevers, daarna ging ik aan de slag als directiesecretaresse bij een wegenbouwbedrijf in Venlo. Dat was een mooie tijd. Net zoals de periode daarna, toen ik als bestuurssecretaresse bij de gemeente Helden werkte. Na een paar jaar verviel deze baan, door een reorganisatie.

Toen ben ik een periode thuis geweest om te zorgen voor onze drie zoons: Randy, Kay en Colin. Mijn man Edwin had/heeft een drukke baan, dus dat ‘matchte’ goed. Na een aantal jaren begon het toch weer te kriebelen. In 2009 ging ik aan de slag bij ’t Zomerkoninkje in Egchel. Daar bleef ik tot 2016, toen de zaak werd gesloten.

Daarna verveelde ik me niet. Ik had en heb genoeg nevenfuncties. Zo was ik secretaris van de judoclub in Helden, MR-lid bij het Bouwens van der Boijecollege, bestuurslid bij de hockeyclub in Panningen, enzovoorts. Ook heb ik veel vrijwilligersfuncties en hebben we een jonge labrador, Chip. Daarnaast hebben we sinds dit jaar een kleinzoon, Loek, en heb ik veel hobby’s. Zo zwem, ski, tennis, wandel, fiets, knutsel, kook en tuinier ik graag. “

En je hebt ook nog tijd om bestuurslid te zijn bij het Huis van Morgen?

 “Dat klopt. In 2018 vroeg Jack Kok, toenmalig bestuurslid  van het Huis van Morgen, mij of ik interesse had in een functie bij het Huis van Morgen. Ik kende ‘het Huis’ niet, maar toen ik er meer over hoorde, raakte ik enthousiaste. In eerste instantie was het vooral veel regelwerk; van rondleidingen, afspraken et cetera. Dit deed ik samen met Els Hanraets .  Al snel kwam toen de vraag of ik secretaris wilde worden van de Stichting Huis van Morgen. Dat besloot ik te doen en dat bevalt heel goed.”

Wat houdt de rol van secretaris precies in?

“Mijn werk bij het Huis van Morgen is heel gevarieerd. Ik neem telefoontjes aan, beantwoord mails, plan afspraken en rondleidingen in, stel agenda’s op voor de bestuursvergaderingen, maak uitnodigingen en verzorg de notulen van de bestuursvergaderingen. Kortom: alle werkzaamheden die een secretaresse/secretaris normaal vervult.  We hebben een heel leuk team; iedereen is gemotiveerd en wil vooruit. Ik ben overigens wel de jongste, maar daar merk ik niets van.”

Wat heeft het Huis van Morgen in de afgelopen tien jaar bereikt, volgens jou?

“Heel veel! Het palet aan hulpmiddelen dat we tonen, is veel breder geworden. Daarbij is de bekendheid van het Huis van Morgen enorm toegenomen. Corona was wel een lastige tijd; toen vielen de rondleidingen stil. Het was niet eenvoudig om daarna weer op te starten. Maar inmiddels zijn de rondleidingen in het huis gelukkig weer vol op stoom.”

Hoe zie jij de toekomst van het Huis van Morgen?

 “Het belang en bestaansrecht van het Huis van Morgen zal alleen maar groter worden. Mensen worden immers ouder, de zorg wordt steeds meer uitgekleed en men moet en wil langer thuis blijven wonen. Aanpassingen in je huis zijn dan een must. Wat dat betreft voorziet het Huis van Morgen echt in een behoefte.

We hebben richting de toekomst wel veel vrijwilligers nodig, zowel voor rondleidingen als voor presentaties op locatie. Het is echter lastig om vrijwilligers te vinden; het werven hiervan is een belangrijk speerpunt voor de komende jaren.”

En ga je nog een tijdje door als secretaris?

“Zoals gezegd heb ik enorm veel plezier in mijn werkzaamheden voor het Huis van Morgen. Maar het wordt wel drukker. Inmiddels pas ik ook één dag in de week op mijn kleinzoon en ga ik één keer per week naar mijn tante, om onder meer boodschappen met haar te doen. En als er straks meer kleinkinderen komen, wordt het nog hectischer. Zeker ook vanwege alle andere dingen die ik doe. Maar zolang ik alles kan combineren en naar mijn zin heb bij het Huis van Morgen blíjf ik dit werk zeker doen.”